Over eerste 33 levensjaren en de afkomst van de Nederlandse stamvader is nog niets gezegd. Het tweede deel begon zijn verhaal in 1793 met de aankomst in Nederland. Dit derde deel doet verslag van de speurtocht naar het voorafgaande.
Begonnen wordt met een overzicht van verrichte naspeuringen. Dan wordt aandacht besteed aan het ouderlijk gezin van de stamvader. Dan volgt onderzoek naar zijn doopgetuige Augusta Juliana. Vervolgens wordt gekeken of andere migranten verduidelijkingen kunnen brengen. Daarna komt aandacht voor fysiek bewijs, met name uit het familiegraf in Pommeren. Afgerond wordt met conclusies.
