De schoonzoon van Carl von Meijenfeldt, Jan van der Tas, specialiseert zijn kruidenierszaak in cacaoproducten, waardoor hij landelijke bekendheid krijgt. De zaak groeit uit tot vijf bedienden. Met zijn cacao neemt hij deel aan tentoonstellingen in Londen, Keulen en Parijs en wordt bekroond. Hij heeft een grossierderij en huurt een pakhuis aan de Korte Leidschedwarsstraat.
De hand van Leiden, Koningsplein |
![]() ![]() Koloniale waren, comestibles, chocolade foto: C.J. Hofker, 1917 |
Op 31 januari 1885 sterft de halfzus van Carl, Wilhelmina Augusta van Meijerfeldt. Zij is 83 jaar oud, acht jaar weduwe en woont de laatste vier jaar aan de Spuistraat 53 met haar enig overgebleven kind Arendt van Paddenburg, die haar vier jaar ongehuwd overleeft. Zodoende heeft zij geen nakomelingen, noch met de naam Van Meijerfeldt, noch met bloedbanden. Met haar zoon sterft deze tak Van Paddenburg eveneens uit.

In Dordrecht vieren Hendrik en Naatje op 2 juli 1885 hun 40-jarige huwelijksfeest met advertenties in de dagbladen. De meeste familie komt uit Amsterdam. Voor Evert is het om de hoek.


