Genealogische studies kunnen verklaringen geven voor de passage in het legaat. Martin Thilo publiceert in 1930 de eerste genealogie van zijn familie, die zijn vader in 1894 begonnen is. Daarin wordt het volgende licht op de passage geworpen, waarin aantekeningen van oudoom pastor Johann Theodor August Thilo (1787-1846) zijn gebruikt: (1)
Opgeknipt levert deze bron de volgende opheldering:
– Theodosius Bernhard Christopher Thilo. Deze voornamen stonden niet in het legaat, maar wel precies zo bij de tweede echtgenoot in de meeste kerkboeken. De verschillende schrijfwijzen van de achternaam Tilow, Thilow of Thilo spelen geen rol, zeker niet omdat de uitspraak steeds dezelfde is.
Deze Thilo blijkt in rechte lijn zoon van een reeks pastors met de voornaam August. Zijn overgrootvader (1653-1713) staat in Liepen in het district Demmin in Pruisisch Pommeren. Zijn grootvader (1688-1748) wordt beroepen om hem op te volgen en moet daartoe koning Karel XII in Turkije verlaten, waar hij baron Johann August von Meijerfeldt sr ook tweemaal kon ontmoeten. Zijn vader (1728-1804) staat in Groβ Teetzleben en Klatzow, allebei ook in het district Demmin. Van zijn tien broers en zussen zijn er twee pastor en twee anderen inspecteur en pachter.
– Geboren 19 augustus 1760. Deze geboortedatum komt overeen met die van de volkstelling van 1819. Daar wordt Klatzow, net ten noorden van Altentreptow) als geboorteplaats genoemd, net als bij zijn overlijden in het kerkboek van Marlow 1838. Zijn vader is bij zijn geboorte echter pastor in Groβ Teetzleben, net ten zuiden van Altentreptow. Daar is hij dus geboren, net als zijn meeste broers en zussen. Zijn moeder sterft als hij vier jaar oud is bij de geboorte van een zus en zijn vader hertrouwt datzelfde jaar. Pas als hij 13 jaar oud is wordt zijn vader als pastor in Klatzow geplaatst.
– Landgoedbeheerder. Thilo begint als ‘Landwirt’, dus boer, agrariër of landbouwkundige. Overeenkomstig zijn functie ‘Inspectoris’ in het legaat wordt hij ‘Ökonomie-inspector’ genoemd, als hij in 1785 peetvader is bij de doop van de dochter van zijn oudste broer, dan pastor op het nabij gelegen landgoed Gültz van de familie Von Maltzahn. Hij is ‘Pächter’, zoals bekend uit de kerkboeken op Schabow, en eigenaar van Marlow, zoals bevestigd in de vonnissen. Elders krijgt hij wel de titel ‘Pensionarius’.
– Meierfeld, natürl. T.d. schwed. Feldmarschalls v.M. Dit is spectaculaire informatie. Niet alleen dat de vrouw van Thilo de naam Meierfeld draagt, maar vooral dat zij de natuurlijke dochter van de Zweedse veldmaarschalk graaf Johann August von Meijerfeldt jr is. Dit is onderdeel van de bewaard gebleven aantekening van tijdgenoot pastor Johann Theodor August Thilo, maar zonder nadere bronvermelding.
– Nachkommen unbekannt. De vele kinderen uit dit huwelijk zijn inmiddels wel bekend uit de kerkboeken.
Martin Thilo publiceert 37 jaar later de sterkt uitgebreide versie van de stamlijst in het Pommersches Geschlechterbuch. De relevante tekst heeft hij enigszins aangepast: (2)
De naam van de vrouw van Thilo en de veldmaarschalk wijzigt hij in Meienfeld en het huwelijk noemt hij kinderloos. Beide wijzigingen vragen om uitleg, maar 15 jaar later bleken alle bij de totstandkoming van de Pommerband betrokken auteurs overleden. Het 21 ordners tellende werkarchief van hoofdauteur Winckelsesser bevat geen relevante documenten. (3)
In de genealogie van Martin Thilo komt de eerste echtgenoot van Augusta Juliana niet voor, maar wel de geheimzinnige doopgetuige bij hun eerste kind: die Oberförsterin aus den Preussischen Meijern. Sophie Elisabeth Thilo trouwt op 27 januari 1779 met Meier, later opperhoutvester in Rothemühl in Pruisisch-Pommeren. Zij is 22 december 1757 geboren in Stolpe op Usedom, waar haar vader Johann Thomas Thilo pastor is. Hij is een broer van August Thilo, de vader van de tweede echtgenoot Thilo. Resteert de vraag of houtvester Meier een (half-)broer van Augusta Juliana is. (4)
1. M. Thilo, “Mitteilungen zus Geschichte des (pommerschen) Geschlecht Thilo“, Stolp (Słupsk) 1930, nummer 55.
2. K. Winckelsesser, “Pommersches Geschlechterbuch”, deel 7, “Deutsches Geschlechterbuch”, deel 145, Limburg a/L 1967, pag. 330.
3. “Handbuch über den Königlich Preussischen Hof und Staat für das Jahr 1800”, Berlijn 1800, pag. 100.
4. Historische Kommission für Pommern, J.G. Herderinstitut Marburg an der Lahn, Bestand 701, nr. 10-45, toegangsnummer 1972/3 H-I. [CH-25]