De stamvader heeft in Nederland voor zover bekend nooit zelf opgave gedaan van zijn ouders. Bij zijn ondertrouw eind 1807 in Amsterdam gaf hij blijkbaar op dat zij overleden waren, want tussen de regels staat gefrommeld oud.s dood. Ook in de door hem nagelaten papieren staat hierover niets.
In Rotterdam staan bij de doop van zijn dochter Anothonetta op 16 juli 1812 als getuigen Johann August von Meijenfeld en Anthonetta Spare geh. von Meijenfeld. Bij de doop van zijn zoon Friedrich op 24 juli 1817 staan Johan August von Meyenfeldt en Anthonetta von Sparre geh. von Meyenfeldt. Deze man en vrouw lijken op zijn ouders, maar volgens de opgave van 1807 leven zij niet meer.
Zoon Carl is de enig die wel een opgave van de ouders van de stamvader deed, namelijk bij de aangifte van diens overlijden op het stadhuis van Rotterdam op 4 juni 1835:

Hij zegt dat zijn 74-jarige vader uit Stralsund een zoon was van Johan Augus von Meijenfeldt en Antonetta von Spint, allebei overleden.
De aangetrouwde naam Spare in 1812, von Sparre in 1817 en von Spint in 1835 lijkt op dezelfde vrouw te slaan. het lijkt de bedoeling naar de Zweedse gravin te verwijzen. Bij de ene doop was zij 66 jaar oud en bij de andere 71 jaar, zij het dat zij twee maanden daarna in Stockholm overleed. Dat de gravin twee keer naar Rotterdam heen en weer is gevaren klinkt onwaarschijnlijk. Bovendien zijn haar voornamen Lovisa Augusta, niet Anthonetta.
In Europa is een geslacht met die naam von Spint niet te vinden. Carl kan zich met haar achternaam hebben vergist. Zowel spar als spint hebben met hout te maken. Sparren zijn verticale houten daklatten, terwijl spint het zachte hout onder boomschors is. Een begrijpelijke verhaspeling voor een scheepstimmerman.
