Zwendelaars *** Mayenfeld gerechten *** Patrouilleschaak *** Naamswijziging
Zwendelaars
De Norddeutsche allgemeine Zeitung doet op 19 april 1888 melding van een zwendelzaak. Een juwelier kreeg in zijn zaak aan Unter der Linden bezoek van een heer – samen met een vrouw – die zichzelf als Meyerfeld, rentenier in Londen, voorstelde. Zij lieten zich veel kostbaarheden voorleggen en kochten ook werkelijk een kleinigheid. Die geschiedenis herhaalde zich een paar dagen achter elkaar, totdat de juwelier ontdekte dat enkele grote stukken in de collectie misten. De volgende dag zag hij dat Meyerfeld een van hem gestolen horloge aan zijn ketting droeg. Toen de juwelier hem hierop wees, herinnerde Meyerfeld hem er doodleuk aan dat hij het horloge gisteren had gekocht. De juwelier liet het stel arresteren. In de dame werd de ongehuwde kleermaakster Herre herkend, terwijl de identiteit van Meyerfeld onbekend bleef. Hij gaf de diefstal wel toe, noemde als zijn geboorteland Hessen, zei Belgisch consul in Australië geweest te zijn met een vermogen van 200.000 DM en via Londen naar Berlijn gekomen te zijn. De politie was er van overtuigd met hem één van de beruchtste internationale zwendelaars te pakken te hebben.
Mayenfeld gerechten
Kartoffelnudeln Mayenfeld zijn aardappelbeignets. Men kookt de aardappels, schilt ze en maakt ze fijn op de plank als ze nog heel warm zijn. Men voegt er een ei, een stukje boter en een beetje meel bij en maakt er een licht en zacht deeg van. Men rolt ’t als een groote worst en snijdt er sneedjes af, waar men kleine worstjes van maakt die men in gesmolten boter of vet laat zwemmen tot ze goudgeel zijn (op een zacht vuur).
Küsseli Mayenfeld zijn deegkussentjes. Drie lood suiker (30 gram), wat zout, twee kleine eieren en 20 gram gesmolten boter en twee lepels zoete room, 250 gram bloem. Men rolt een blad van het deeg en snijdt ze in ruiten. Men laat ze bakken in gesmolten boter op een zacht vuur tot ze goudgeel zijn. (Als het deeg aan de plank plakt doet men er nog wat meel bij).
Beide recepten komen uit het kookboek van mevrouw H. Hartman, handgeschreven 1899.
Patrouilleschaak
Het schaakspel kent vele varianten. Eén daarvan is dat een stuk alleen mag slaan of schaak zetten als het door een eigen stuk gedekt staat. Zoals wel vaker heeft dit een militaire oorsprong: de tactiek van de infanterie dat bij een tweemans patrouille de één aanvalt en de ander hem in de rug dekt. Dit is in de schaakwereld een klassieker geworden onder de naam Patrouilleschaak of Patrol Chess. Met deze beperking worden zelfs hele partijen en toernooien gespeeld in de wereld van de sprookjes- of kolderschaak.
Frits von Meijenfeldt (Nh.42) bedacht de opgave en gaf de naam. Hij zond het in maart 1975 naar The Problemist, het periodiek van de British Chess Problem Society, waar hij fellow was. Het blad loofde drie prijzen uit, die een half jaar later winnaars opleverde.
Naamswijziging
In Zweden woonden twee families dicht bij elkaar met dezelfde achternaam Martinsson. Eén van de families vroeg om die reden een wijzing aan in Meijerberg of anders Meyerfeldt. Deze namen waren volgens de aanvragers uitgestorven. Het Zweedse Octrooi- en Registratiekantoor wees het verzoek in 2013 af. Ten aanzien van de laatste naam werd opgemerkt dat vader en zoon Meyerfeldt uitgebreid in de Zweedse encyclopedieën voorkomen, de familienaam daardoor algemene bekendheid geniet en de aangevraagde naam daar gemakkelijk mee te verwarren is. De aanvragers voeren intussen de familienaam Meijerberg.