2.6.8. Bewaarneming

Kort voor het overlijden van Nel op 2 juli 1895 had jongste zoon Hendrik een briefje van De Nederlandsche Bank ontvangen, met een uitnodiging voor een gesprek met de chef Bewaarneming de volgende ochtend. Kort na de begrafenis op 15 september was hij daar begonnen met de verzorging van de Tweede Administratie Verzilvering, Recapitulatie Binnenlandse Coupons, Collationeering van nieuw-ingeboekte posten in de Hoofden- en Loting-Boeken, Controle Dag- en Weekbladen, Alphabetisch Register, Jaarlijkse Knipperij.

Hendrik ontmoet Anna Pieternella Augustijn, die in Amsterdam woont met haar broer Govert. Zij is 25 december 1867 in Bergen op Zoom geboren en dochter van Govert Johannes Augustijn (1836-1920) en Maria van Dijke (1839-1913). Het oude Bergsch geslacht Augustijn heeft sinds 1758 de pottenbakkerij “De Kat” in eigendom. In 1896 vraagt Anna haar ouders toestemming om zich met Hendrik te verloven en ontvangt van haar vader het volgende antwoord:

Dat uw brief ons verwondering en verbazing bewekte behoef ik u niet te schrijven, het was over twaalven voor wij naar bed gingen en uw moeder heeft den nacht niet veel geslapen“. Nadat hij informatie heeft ingewonnen concludeert hij: “dan kunnen en mogen wij deze zaak niet tegenwerken, maar geven uw van ganscher harte volkomen toestemming tot uw Engagement“. Hij wijst haar nog op de bezwaren van haar moeder, op de korte tijd dat zij Hendrik nog maar kent en op de mogelijkheid nog terug te treden, maar hij laat de beslissing uiteindelijk aan zijn dochter. Ook is hij bevreesd dat zij met een stijve Hollander komt aanzetten: “als ik denk aan een beambte aan de Nedl. Bank, dan stel ik mij een Heer voor, die bang is om zijn handschoentjes uit te doen, afgemeten in zijn spreken”.

Anna en Hendrik zetten door en verloven zich nog datzelfde jaar. Haar aanstaande schoonfamilie zendt haar hartelijke felicitatiebrieven met de verloving en haar verjaardag op Tweede Kerstdag. Carl stuurt zijn aanstaande schoondochter het jaar daarop zelfs een briefje naar Bergen op Zoom om haar te bedanken voor de felicitaties met zijn 83ste verjaardag. Een maand later gaan zij in ondertrouw:

Hendrik reist af naar Bergen op Zoom. Zwager Jan van der Tas reist mee als getuige en in Dordrecht sluit Evert aan. Bruid Anna heeft haar broers Pieter en Govert Augustijn als getuigen. Op 15 juni 1898 treden zij op het stadhuis en in de kerk in het huwelijk.

Hendrik Diederich von Meijenfeldt

Anna Pieternella Augustijn

Eenmaal terug in Amsterdam huurt het echtpaar een eigen etage aan de Eerste Helmersstraat 107. Bouwkundige en makelaar Groenendijk had dit neorenaissance woonblok twaalf jaar eerder opgeleverd in de naar dichter Jan Frederik Helmers vernoemde straat en wijk achter de Overtoom, waar het Sophiapark plaatsmaakt voor het enorme Wilhelminagasthuis.

Terug   ***   Verder