2.1. De stamvader

In dit tweede deel van de familiegeschiedenis is het na de Zweedse voorouders de beurt aan de Nederlandse. De stamvader heet Johan August von Meijenfeldt. Zo staat het genoteerd in papieren van zijn werk en kerk. Het volgt uit zijn eigen opgave, niet door een identiteitsbewijs over te leggen, maar mondeling. Vanwege zijn uitspraak, het achtergrondlawaai, het gehoor van de schrijvers en de moeilijkheidsgraad van de achternaam belandt een ratjetoe aan spellingen op papier. Zelfs tegenwoordig is het bij mondelinge opgave nodig de achternaam letter voor letter te spellen.

Gevraagd naar zijn plaats van herkomst noemt de stamvader Stralsund. Die hoofdstad van Zweeds-Pommeren is al bekend van de Zweedse voorouders. Bij Nederlandse zeelui is deze havenstad aan de Oostzee evenmin onbekend. Dat veel mensen bij het horen of zien van de achternaam vermoeden dat de familie uit het buitenland komt blijkt dus juist te zijn.

Helaas hoeft de stamvader zijn geboortedatum nooit op te geven, maar gelukkig zijn leeftijd wel. Daaruit is zijn geboorteperiode enigszins te reconstrueren. Met weglating van uitschieters, bijvoorbeeld bij zijn huwelijk als hij zichzelf bijna tien jaar jonger maakt, ligt zijn geboortedatum tussen 2 juni en 14 juli 1760. (1)

Het levensverhaal van de stamvader begint in Nederland in het jaar 1800 met zijn vestiging in Amsterdam. Dat betekent dat dit verhaal even abrupt begint als het Zweedse verhaal eindigt met de dood van de Zweedse graaf in Stockholm. En dat nog wel in hetzelfde jaar. Maar net zoals het eerste deel een flink stuk na 1800 doorloopt, begint dit tweede deel een kleine halve eeuw eerder. 

Terug   ***   Verder

1. Dit blijkt vooral uit de geboorte- en overlijdensakte van zijn dochter Anthonetta en zijn eigen overlijdensakte: Stadsarchief Rotterdam 999, 1812 fol B 098 resp. 1814 fol C  103v nr 1445 en Overlijdensakte 1835 fol B 061 nr 1233.