3.3.3. Kerkboeken NL

Voor de speurtocht kunnen de doop-, trouw-, begraaf en lidmaatboeken van de kerken belangrijke informatie opleveren. Bij de invoering van de Burgerlijke Stand in 1813 zijn de boeken of duplicaten door de overheid ingevorderd en daar te vinden. In de kerkboeken zijn de opgegeven namen van kinderen, de ouders en getuigen interessant, inclusief vernoemingen naar grootouders of ooms c.q. tantes.

In 1801 geeft doopgetuige Wilhelmina van Meyerfeldt in Amsterdam haar voornaam aan Wilhelmina Augusta, de biologische dochter van de stamvader. Wie is zij, een halfzus?

In 1808 komen Carolus en Juliana van Meijenveld in Amsterdam getuigen bij de doop van Johan August, de eerste zoon van de stamvader. Juliana zal zijn zus zijn. Carolus wordt als eerste genoemd, dus lijkt eerder een halfbroer dan haar zoon uit 1791.

In 1812 verschijnen in Rotterdam twee opvallend getuigen bij de doop van Anthonetta: Johann August von Meyenfeld en Anthonetta Spare, gehuwd von Meyenfeld. De Zweedse graaf is dan al 12 jaar dood. De achternaam “Spare” zal wel Sparre moeten zijn. Zij is op dat moment 67 jaar oud en woont in Stockholm, terwijl haar voornaam niet Anthonetta is. In het adelsge­slacht Sparre komt in die tijd de voornaam Antoi­net­te wel voor, met name binnen de Franse tak. In Finland leeft dan Fredrika Antoinetta Carolina Vilhelmina Sparre av Söfdeborg, maar zij is van dezelfde leeftijd als Catharina Margaretha Pieploo.

Carl, doop Rotterdam 1815. Deze doopnaam komt in de Zweedse en Pommerse families veel voor. Dat doopgetuige Juliana de zus van de vader is staat vast, zeker nu zij getrouwd blijkt te zijn met Thielo, de naam uit het testament van de graaf en de Pommerse kerkboeken. De voornaam Friedrich van de andere doopgetuige wijkt af van die van haar echtgenoot, maar komt overeen met die van oudste zoon August Fried­rich Julius (* 1788).

Friedrich, doop Rotterdam 1817. Ook dit is een Zweedse en Pommerse doopnaam. Getuigen zijn wederom Johann August von Meyenfeldt en Anthonetta von Sparre, gehuwd von Meyenfeldt. De naam Sparre is nu correct gespeld. De gravin leeft nog enkele maanden, maar zou zij werkelijk naar Rotterdam zijn gekomen? 

Johan August, overleden Rotterdam 1835. Van het overlijden van de stamvader doet zijn zoon Carl aangifte. Hij onthult dat het echtpaar dat in 1812 en 1817 doopgetuige was inderdaad zijn ouders waren, hoewel hij Spar verwart met Spint.

Terug   ***   Verder