Op 27 november 1816 koopt Johan August een huis met schuur en erf. Het huis is “hecht, sterk en welgelegen“, zoals de beschrijving bij de latere verkoop luidt. Het vloeroppervlak van het huis is 38 m2 en van het totale perceel 150 m2. Het ligt aan de stadsvest, tegenover de Goudsche Poort, formeel in het ambacht Rubroek. Het adres luidt Cingel N 66.
![]() A. Munro 1796-1797 |
![]() vervaardigd volgens de kadastrale plans L.F. Temminck 1839 |
In de koopakte staat dat Johan August al op dit adres woont. Zou hij daar met zijn gezin al als huurder zijn komen wonen? Aan inboedel is er sowieso niet veel om te verhuizen. In de Rotterdamse binnenstad zijn zij slachtoffer geworden van een ontploffing van een kruitmagazijn of vuurwerkfabriek. Alle papieren, porselein en huisraad zijn verloren gegaan. Alleen het naakte lijf was gered. (1)
In de notariële akte staat dat Johan August een somma van twee honderd guldens hollandsch courant betaalt. Na zes jaar huren in de binnenstad en een dalend jaarinkomen is deze aankoop best verrassend. Het is goed verklaarbaar uit het veel grotere bedrag dat hij in 1806 uitleende aan het echtpaar Bosman-Brouwer. Omdat hun (schoon-)moeder Nieske van Dompselaar op 20 januari 1813 in Nijkerk stierf, betaalden zij hem de som van f 799 in twee helften in 1814 en 1815 terug gekregen, vermeerderd met 5% rente over de helft gedurende acht jaar is ongeveer f 140.
Johan August koopt het huis van Isaac Annokké, die optreedt namens zijn vrouw Jacoba Wilhelmina Verdonk en schoonzuster Wilhelmina Petronella Verdonk. Zij hadden het in 1808 geërfd van hun moeder Geertruij Bakkers, die op haar beurt in 1800 de erfopvolger was van haar echtgenoot Willem Verdonk. De laatste had het op 23 juni 1779 gekocht uit de nalatenschap van Ary Danserweg. (2)
De notaris beschrijft deze rechtsverkrijging uitvoerig in de koopakte, teneinde vast te leggen dat de verkoper bevoegd is om te verkopen en dat de eigendom rechtsgeldig overgaat. Een kadaster waaruit de eigendom eenvoudig is af te lezen is nog niet ingevoerd. Napoleon had daarmee wel een begin gemaakt en Willem I zet dat voort, maar allebei met een ander doel: grondbelasting heffen. Pas in 1832 wordt het Kadaster ingevoerd. De eigendom van Johan August blijkt dan in sectie E van de gemeente Rotterdam te liggen en gaat uit twee percelen bestaan. Nummer 458 omvat huis, schuur en paden en nummer 457 het erf. (3)
Goudschen of Oost Cingel N 66, geel omlijnd
Kadastrale kaart Rotterdam 1830, Sectie E, nrs. 457 en 458
Op de kaart staan de grenzen van de twee percelen precies ingetekend. Op perceel 458 zijn de twee opstallen ook getekend en rood gekleurd. Uit de bijbehorende tafels is de jaarlijkse grondbelasting te herleiden tot f 8. De percelen zijn alleen vanaf de Singel te bereiken via de Spinnekopsgang, een soort oprijlaan. Deze loopt over perceel 451 van metselaar en pandjesbaas Johannes Thoolen en perceel 452 van schout te Nederweert A.W. Willers. Rondom de twee percelen liggen met de klok mee gerekend die van C. Welenhoek (later J. Heusdens), M. Verbrugge (later Ringlever-Lagemans en Blason), J. Wielander met tuinen aan de noordkant en Johanna Niessen, weduwe van P. Lovens, met uitgestrekte blekerijen over de sloot rechts. Het is zeer waarschijnlijk dat het gezin ter plaatse bijverdient met het bleken van wasgoed.
1. Aldus brieven van Carl von Meijenfeldt (Nl.1), 14 oktober 1935 [CG-38] en 10 november 1935 [CG-39] met citaat van nicht Cato van der Tas geh. Bakhuizen. Dat originele huwelijksbiljetten uit 1807 en gelukwensen uit 1810-1812 zich in het Familiearchief bevinden lijkt hiermee in strijd, maar ten tijde van de ramp waren die hoogstwaarschijnlijk nog in het bezit van de schoonouders Pieploo in Amsterdam.
2. Koopcontract huis en erve aan de Goudschen Cingel even buiten Rotterdam N 66, Stadsarchief Rotterdam, Notarieel Archief 314, Inv 496, fol 1224-1227. Ari Danserweg is meester-metselaar, vanaf 1748 collecteur impost grove waren (ontvanger der indirecte belastingen op bouwmaterialen) en reetrekker (aanwijzer rooilijnen voor bouwwerken).
3. Kadastrale kaart 1811-1832, Rotterdam, Zuid-Holland, sectie E, Minuutplan blad 1, Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel blad 14, zonder Suppletoire Aanwijzende Tafel nrs. 678 en 679, Kadastrale Legger en Bijbladen.