3.1.6. Magdeburg

De stamvader deed als eerste onderzoek naar de herkomst van de familie. Naar zijn eigen afkomst dus. Volgens familieoverlevering wilde hij rond 1830 naar Stockholm reizen, maar hielden zijn kinderen hem daarvan af vanwege zijn hoge leeftijd. In plaats daarvan reisde hij naar Magdeburg. Zijn kinderen en kleinkinderen hebben nooit geweten waarom.

In die tijd vindt het overgrote deel van de reizen over water plaats. Hoewel de stamvader 70 jaar oud is, zal hij daar als ervaren zeeman niet tegenop hebben gezien. De tocht met een kustvaarder van Rotterdam naar Hamburg en met een binnenschipper de Elbe stroomopwaarts naar Magdeburg zal ongeveer vier dagen en een stevig bedrag gekost hebben.

Het is niet eenvoudig na te gaan welke personen in die tijd naar Magde­burg zijn gereisd, laat staan wat hun doel was. De naam Mey­er­feldt met varian­ten komt niet in het stads­ar­chief voor. Wel blijkt daar in 1830 de stadsrechter Friedrich Thilo te wonen. (1) 

Dat kan goed de jongste zoon van Augusta Juliana zijn, hoewel tot nu toe alleen bekend was dat hij in Rostock woonde. Het is niet uit te sluiten dat zijn moeder bij de ontmoeting was. Als zij via de Oostzee naar Amsterdam en Rotterdam kon reizen, moet zij de rivier Elbe ook naar Magdeburg hebben kunnen opvaren.

Het kan natuurlijk ook zijn dat de kinderen het verkeerd gehoord of onthouden hebben. Van zoon Carl zijn een paar precedenten bekend, zoals de naam Spint in plaats van Sparre voor zijn grootmoeder. Een soortgelijke verhaspeling van Marlow naar Magdeburg is snel gemaakt.

Terug   ***   Verder

1. Brieven van A.R. Buchholz, Amtsleiter Stadtarchiv Magdeburg, 6 januari en 3 februari 1992 [CH-228 CH-229 en CH-230].