2.1.7. Overleveringen

Brand   ***   Ziervogel   ***   Baron

De telgen van de Nederlandse familie Von Meijenfeldt zijn er verantwoordelijk voor dat een reeks overleveringen over de afkomst de ronde doen.

Een aantal overleveringen worden behandeld in de context van aparte paragrafen:
– de stamvader beweerde een echte zoon van de veldmaarschalk te zijn, die had moeten vluchten;
–  de stamvader nam deel aan de Slag bij de Doggersbank;
– een Carl August was bij de Pruisische veldtocht.

Enkele familieoverleveringen resteren:

Ontploffing of brand

Overlevering: De familiepapieren over de afstamming van de familie gingen bij een ontploffing of brand verloren.
Bron: Brief van Carl von Meijenfeldt d.d. 14 oktober 1935. (1)
Analyse: De eerste mogelijkheid is een ontploffing van een kruitmagazijn in Amsterdam. Volgens Carl zou dit zelfs de reden voor verhuizing van Amsterdam naar Rotterdam zijn. Bekend is dat in de nacht van 5 op 6 juli 1791 ’s Lands Zeemagazijn (nu het Scheepvaartmuseum) in Amsterdam helemaal uitbrandde, maar daar lagen in beginsel geen privébezittingen van het zeevolk. Bovendien is de eerste bekende inschrijving van Johan August 1793. Een kleinere brand is ook mogelijk geweest.

Brand in de Bloemstraat, waar de stamvader woonde rond 1801 (pentekening uit het gemeentearchief Amsterdam)
Brand in de Bloemstraat, waar de stamvader woont rond 1801
(pentekening Stadsarchief Amsterdam)

In Rotterdam zijn nog twee relevante rampen bekend: op 15 maart 1822 een grote brand in de binnenstad en op 4 januari 1827 een ontploffing van 900 pond buskruit in de kruitmolen aan de Schie. Johan August bezat zijn huis aan de Goudse Singel sinds 1816 en in 1829 sloot hij er nog een hypotheek op af. Na zijn overlijden is het huis openbaar geveild, dus dan moet het overgrote deel van het huis behouden zijn gebleven, evenals de andere familiedocumenten. Een relatie met Bergen op Zoom is niet te leggen (afgezien van de latere verbinding met het geslacht Augustijn).
Conclusie: het verlies van huisraad door een brand of explosie klopt vermoedelijk wel, maar in elk geval zijn nog enkele originele papieren behouden gebleven, zoals geboortebewijzen en de tekeningen.

Ziervogel

Overlevering: Pieter Ziervogel uit de Zweedse marinehaven Karlskrona deed net als de eerste Von Meijenfeldt dienst bij de Nederlandse marine en zij raakten bevriend. 
Bron: Brief van Govert von Meijenfeldt …
Analyse: Johan August en Pieter Ziervogel zijn allebei rond 1795 in Paramaribo en maken daar allebei jarenlange wachttijd mee. In 1800 keerden zij beiden in een groot konvooi via het Noorse Bergen naar Nederland terug. Als Johan August in 1809 of 1810 in Rotterdam aankomt, woont Pieter daar al sinds 1808.
Conclusie: Een vriendschap tussen Pieter Ziervogel en Johan August von Meijenfeldt is goed denkbaar. Zij hebben allebei een Zweedse oorsprong (Stralsund resp. Karskrona), functies in de Nederlandse marine en verblijven gedurende dezelfde periode in Paramaribo en Rotterdam.

Baron

Overlevering: De (klein)kinderen hebben gecorrespondeerd met de Zweedse overheid  over het tegen betaling van een zeer substantieel bedrag herstellen van de titel baron.
Bron: Brief van Niels von Meijenfeldt, gehoord van zijn vader Carl Frederik (1921-1984).
(3)
Analyse: Werkelijk h
erstel zou niet de titel baron maar de titel graaf moeten betreffen. De brief naar Helsingfors lijkt hier enigszins op: Carl vraagt weliswaar niet om herstel, maar deelt wel mee dat de graaf zonder twijfel zijn grootvader is. Een slordigheidje is in overleveringen snel gemaakt.
Conclusie: De Nederlandse familie heeft niet geprobeerd de gravenstand terug te krijgen, maar heeft wel geïnformeerd of de papieren van de Zweedse graaf licht op de familierelatie kan werpen. In een aparte paragraaf is deze brief van Carl uitvoerig behandeld.

Terug   ***   Verder

1. Brief van Carl von Meijenfeldt (Nl.1), 14 oktober 1935 [CG-38]
2. Brieven van A.R. Buchholz, Amtsleiter Stadtarchiv Magdeburg, 6 januari en 3 februari 1992 [CH-228 t/m CH-230].
3. Brief van Niels von Meijenfeldt, Vancouver 22 november 1984. [CH-62]