1.e.1. Erfenis Johan August sr

De Zweedse graaf Johan August Meijerfeldt sr en gravin Brita Barnekow maken op 22 juli 1742 hun testament op. Daarin is over de land­goederen ondermeer geregeld dat de gravin na het overlijden van Johan August het vruchtgebruik krijgt over alle landgoederen, terwijl de eigendom als volgt is verdeeld:
1) Sövdeborg, Ugerup en Barnarp voor Brita Barnekow en – na haar overlijden – voor Johan August jr, mits hij zijn broer 30.000 rijksdaal­der en zijn zuster 15.000 rijksdaalder betaalt;
2) Nehringen en Gammel Køgegård voor Carl Fredrik jr, mits hij zijn zuster voor ieder landgoed 15.000 rijksdaalder betaalt;
3) Medrow en Näsby voor Johan August jr, mits hij zijn zuster eveneens voor ieder landgoed 15.000 rijksdaalder betaalt.

Op 2 april 1760 doet Brita Barnekow afstand van haar vruchtgebruik over Gammel Kjøgegård ten gunste van Carl Fredrik jr en over Näsby ten gunste van Johan August jr, waardoor zij ieder 15.000 rijksdaalder tegen een rente van 5% aan An­na Catharina verschuldigd worden. Op 31 december 1762 ruilen de broers onderling Gammel Kjøgegård en Medrow, zodat laatstbedoeld landgoed in één hand met het aangrenzende Nehringen komt.

Een jaar later geeft Johan August jr het slot Näsby als huwelijksgift aan zijn vrouw Louise Sparre. Ook verklaart hij dat het landgoed Söv­deborg na zijn moeders en eigen dood in de huwelijksgift valt. Getui­gen bij deze gift zijn Adam Arvidsson Horn (de echtgenoot van Anna Catharina Meijerfeldt) en Carl Fredrik Törnflycht (de oom van de bruid). De akte wordt tijdens de huwelijksplechtigheid ondertekend. (1)

Na het overlijden van Brita Barnekow sluiten de drie erfgenamen begin mei 1772 enkele akkoorden. In afwijking van het testament krijgt Carl Fredrik het landgoed Ugerup, tegen betaling van 40.000 rijksdaalder aan zijn broer en 20.000 aan zijn zuster. Voor de Pommerse landgoederen betaalt hij een rente van 1.500 rijksdaalder per jaar, waarvan 1.000 naar zijn zuster en 500 naar haar dochter Brita gaan.

In de jaren 1778 en volgende jaren vinden nieuwe wijzigingen in het familievermogen plaats. Johan August jr verkoopt Sövdeborg en Gammel Kjøgegård en koopt Medrow van zijn broer Carl Fredrik jr terug. De erfge­namen van hun zuster, Gustaf Horn en Claes Ekeblad, worden schade­loos gesteld. Door het overlijden van haar moeder krijgt Louise de be­schikking over de landgoederen Stora Sundby en Östanå.

 

1. bron